De realiteit zoals ze is versus de realiteit zoals ik denk dat ze is

Vorige maand heb ik mijn tweede tien daagse Vipassana meditatiecursus volbracht. Tien dagen, waarin ik hulp kreeg van anderen, maar het echte werk toch echt zelf deed en als beloning de vruchten daar ook zelf van mocht plukken. Vruchten die laten zien dat intensief maar zorgvuldig werk beloond wordt, dat vooruitgang niet lineair komt, maar een grillig proces is van stapjes naar voren en weer terug, dat desalniettemin steevast vooruit gaat.

Na de tweede keer denk ik de techniek eindelijk een beetje te begrijpen en tevens het inzicht dat dit gevoel zich bij eventuele volgende cursussen ook wel weer zal denken.

Vipassana helpt me om inzicht te krijgen in de realiteit zoals ze is en niet zoals ik denk dat ze is. Door mijn realiteit te denken wordt ik een gevangene van mijn eigen gedachte. Gevangen in een gevangenis waar ik niet alleen de architect ben, maar ook de aannemer, de uitvoerder, de bewaker en de directeur. Gevangen in gedachten zit ik in het donker, achter gesloten deuren, vergeten dat de sleutel en de bouwtekening naast me op het bankje liggen, allebei eigenlijk onnodig, want ik ken elke steen als mijn broekzak, want ik heb ze zelf gelegd.

Door in een omgeving vrij van prikkelingen de realiteit objectief te ervaren en niet te reageren op continue veranderingen oefen ik dat het veilig is de realiteit waar te nemen zoals ze is en het overbodig is dat te doen zoals ik wil denken dat ze is. De rust en ruimte die daar uit volgt is niet te beschrijven en verbaasd mij nu al 20 cursusdagen en de vergankelijkheid in alle dagen die daarna volgen. Echter het steeds groeiende inzicht dat het allemaal in mijn hoofd zit, maakt dat terugkeren naar rust en ruimte steeds makkelijk wordt.

Daarnaast kost het continue (emotioneel) reageren op prikkels van buiten heel veel energie. Door minder te reageren op prikkels met een associatie naar historische pijnlijke of juist plezierige gebeurtenissen blijft al die energie bewaard voor actieve handelingen.

Mijn voornaamste les is een herhaling van de les van de eerste cursus, zei het in subtielere vorm. Waar ik de eerste keer inzag dat ik niet een slecht mens ben dat door continue hard werken goed kan worden, maar een goed mens dat door hard te werken de krasjes en deuken kan polijsten, zie ik nu in dat objectief waarnemen en het niet reageren op veranderingen niet door hard werken geforceerd kan worden, maar dat zorgvuldig en rustig werken leidt tot een kalme geest die zich veilig genoeg voelt om objectief te waarnemen zonder op veranderingen te moeten reageren. Wu wei, doen door niet te doen. Dan blijkt dat het niet nodig is te ontsnappen uit mijn gevangenis, of haar af te breken, want er is geen lepel, laat staan een gevangenis. Of zoals Alan Watts zegt: ‘In order to think, you need to stop thinking’.

Vorige
Vorige

Woorden zijn vaak niets meer dan een echo van de werkelijkheid

Volgende
Volgende

Niemand en Anders